Natuurgeneeskunde kijkt op een andere manier naar de gezondheid van honden. Een belangrijke pijler van de natuurgeneeskunde is dat er wordt gekeken naar de totale gezondheid van een dier, niet naar slechts één specifieke klacht.
In de natuurgeneeskunde wordt gestreefd naar een dier dat fysiek, mentaal en energetisch in balans is. Een dier met fysieke klachten is gevoeliger voor mentale klachten. Zo kan een hond die altijd prima alleen kon zijn, door een blessure verlatingsangst ontwikkelen en langdurige stress kan leiden tot spijsverteringsproblemen en een verminderde weerstand, met alle gevolgen van dien. Daarom kijk ik bij een intake niet alleen naar de klacht, maar naar het totale plaatje.